Spring naar bijdragen

Doorzoek de gemeenschap

Toont resultaten voor tags 'shula rijxman'.

  • Zoeken op tags

    Voer tags gescheiden door een komma in.
  • Zoek op auteur

Soort bijdrage


Forums

  • Radio
    • Nederland
    • België
    • Verenigd Koninkrijk
    • Overige landen
    • LPAM (kleinvermogen AM)
    • Zeezenders
    • Radio Veronica
    • Radiovormgeving
    • Radiotechniek
  • Overig
    • MediaPages
    • Stamtafel
    • Help
    • Mededeling
    • Niet geregistreerde gebruikers

Kalenders

Blogs

  • Column
  • Nederland
  • Dossier
  • Recensie
  • België
  • Hitnoteringen
  • Testblog
  • Radio Erfgoed
  • Afspraken van Beheerders
  • Afspraken van Hitnoteringen
  • Blog van Radiotunes

Vind resultaten in...

Vind resultaten die bevatten...


Datum aangemaakt

  • Start

    Einde


Laatst bijgewerkt

  • Start

    Einde


Filter op aantal...

Geregistreerd

  • Start

    Einde


Groep


Website


Facebook


Twitter


Skype


Woonplaats


Interesses

14 resultaten gevonden

  1. Frederieke Leeflang wordt de nieuwe voorzitter van de raad van bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO). Zij volgt Shula Rijxman op, die per 1 januari 2022 haar zittingstermijn als voorzitter afrondt. “Het is een enorme eer voor mij om samen met de omroepen ons publieke bestel voor alle kijkers en luisteraars de toekomst in te loodsen”, aldus Frederieke Leeflang. Frederieke Leeflang (52) is momenteel managing partner bij Deloitte Legal. Zij heeft zeer ruime bestuurlijke ervaring, onder meer als voorzitter van de raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ), vicevoorzitter van de raad van toezicht van KWF Kankerbestrijding, voorzitter Audit Advisory Committee Algemene Rekenkamer en lid van de raad van toezicht van het RadboudUMC. Leeflang noemt het een voorrecht om voorzitter te worden van de NPO: “De publieke omroep heeft een sterke positie in het Nederlandse medialandschap, maar het is een dynamische omgeving waarin de NPO zich bevindt. Juist in deze tijden met veel maatschappelijke vraagstukken is een heldere positionering en pluriformiteit van de publieke omroep voor de toekomst van groot belang, zowel organisatorisch als qua inhoud. Ik wil er als voorzitter van de NPO zijn voor de hele publieke omroep en samenwerken met onze omroepen, makers en het bredere maatschappelijke speelveld. Ik zie er enorm naar uit om daaraan mijn steentje bij te dragen.” De nieuwe voorzitter is benoemd op voordracht van de raad van toezicht van de NPO, onder voorzitterschap van Tjibbe Joustra. De vacature werd opengesteld wegens het einde van de maximale termijn van de huidige voorzitter per 1 januari 2022. Raad van toezicht-voorzitter Joustra roemt de bestuurlijke kwaliteiten van Frederieke Leeflang: “Ze heeft geen directe ervaring in de mediawereld, maar brengt ruime bestuurlijke ervaring, verbindend leiderschap en een onbevangen vernieuwende blik mee wat de raad van toezicht als belangrijkste criteria had gesteld. De NPO is een passievolle en professionele organisatie met zeer sterke teams op Audio en Video. Leeflang is analytisch sterk en vertaalt dit in concrete acties en verbindt door haar leiderschap. Bovendien heeft ze duidelijk oog voor intermenselijke verhoudingen, hecht aan dialoog en heeft een sterke affiniteit met de publieke omroep.” Afbeelding: Frederieke Leeflang (foto NPO)
  2. NPO-bestuursvoorzitter Shula Rijxman heeft zich in haar nieuwjaarstoespraak vandaag fel uitgesproken tegen de veelsoortige dreigingen waar Nederlandse journalisten in toenemende mate mee te maken krijgen. “Onwaarheden, complottheorieën én polarisatie bestrijden we met één tegengif: de feiten”, aldus Rijxman, die de Nederlandse journalistiek hoog acht. Ook in 2021 krijgen journalisten alle ruimte bij de Publieke Omroep: “Zij brengen het nieuws van alle kanten. Pluriform, open en betrouwbaar.” Volgens de NPO-voorzitter vormen journalistieke normen en waarden een cruciaal fundament onder de democratische samenleving: “De ontwikkeling dat feiten worden ontkend, de wetenschap ter discussie wordt gesteld en steeds vaker hardop wordt getwijfeld aan het werk van journalisten, is gewoonweg gevaarlijk.” Rijxman wijst hierbij ook naar de gebeurtenissen in de Verenigde Staten, waarbij vorige week niet alleen het Capitool werd bestormd, maar ook verslaggevers hardhandig werden belemmerd in het doen van hun werk. Rijxman roept in haar online boodschap op ‘waakzaam’ te zijn, want ook in Nederland nemen de bedreigingen toe. Ze ziet het feit dat de NOS zich gedwongen zag haar logo van satellietwagens te verwijderen als voorlopig dieptepunt. “Dit zijn ontwikkelingen die je in een dictatuur zou verwachten, níet in een moderne democratie.” Journalisten horen hun werk in alle vrijheid te kunnen doen, stelt Rijxman. De NPO is hierover voortdurend in gesprek met alle omroepen en stimuleert innovaties die helpen om nepnieuws, desinformatie en deepfakes tegen te gaan. Nieuwe omroepen Rijxman benadrukt dat die journalistieke normen en waarden uiteraard ook gelden voor nieuwe kandidaat-omroepen: “Het is belangrijk dat eventuele nieuwe omroepen de journalistieke codes ondubbelzinnig onderschrijven, maar natuurlijk vooral dat zij straks iets toevoegen aan wat er al is.” Dat laatste is volgens Rijxman zo van belang omdat anders het omroepbestel onbestuurbaar dreigt te worden. “Je zou zelfs kunnen overwegen – en dat heb ik al eerder gezegd - om ná de komende ronde de achterdeur van het bestel te sluiten.” Coronaprogrammering De NPO-voorzitter gaat in haar videoboodschap ook in op andere grote uitdagingen waar de Publieke Omroep dit jaar voor staat. Zoals het voortdurend flexibel kunnen inspelen op ontwikkelingen rond het coronavirus, in de programmering op zowel televisie en radio, als online en on demand. Daarnaast breidt de NPO in 2021 het aanbod op het gebied van cultuur, regio en wetenschap flink uit en wordt het veelgebruikte streamingplatform NPO Start nog beter en persoonlijker. Politieke ruimte In haar toespraak zegt Rijxman verder te hopen dat ook een nieuw kabinet, na de Tweede Kamerverkiezingen in maart, de NPO de ruimte zal geven om ‘onze belangrijke en verbindende rol voor de samenleving’ te behouden. Miljoenen Nederlanders genieten dagelijks van de publieke programmering op tv, van EenVandaag, Nieuwsuur en Op1, tot Wie is de Mol?, Heel Holland Bakt en De Slimste Mens. Maar ook op de radio, met programma’s als het Radio 1 Journaal, Spijkers met Koppen en Arbeidsvitaminen. Rijxman pleit tenslotte voor meer ruimte voor het maken van amusementsprogramma’s, iets dat door de politiek sinds enkele jaren flink is ingeperkt. “Juist met amusement kunnen we echt iedereen bereiken. Ook moeilijker bereikbare groepen, zoals jongeren en mensen met een niet-westerse achtergrond. We hebben nu allemaal ervaren hoe belangrijk het is dat je ook even kunt ontsnappen aan de realiteit. Door ontspanning in welke vorm dan ook. Wij zijn de nationale huiskamer!”
  3. Gisteravond werden in de Tweede Kamer nog enkele moties ingediend om de meest omstreden plannen uit de visiebrief van minister Slob bij te stellen. Vooralsnog wijst de minister alle wijzigingsvoorstellen af, maar zei wel serieus te zullen kijken naar alternatieve voorstellen. Ik vind het vooral belangrijk om nu tussen alle politieke bedrijven door (het mediadebat van 11 september jongstleden, de begrotingsbehandeling komende november) duidelijk te maken waar wij staan, waar de Nederlandse Publieke Omroep voor staat, hoe wij naar de toekomst kijken. Zeker nu we steeds vaker zien dat de politiek het niet kan laten om zich te bemoeien met onze financiering, onze inkomsten en onze programmering. Dan gaat het over de kosten van een reisprogramma, de salarissen van onze boegbeelden en de definitie van amusement. Om nog maar te zwijgen over de bemoeienis met de profilering van onze zenders, zoals de invulling van NPO 3. Verantwoordelijkheden die toch echt helemaal bij de publieke omroep liggen. De Evaluatiecommissie* beaamt dat. En ik citeer: “Vanuit de overheid moet de NPO het noodzakelijke vertrouwen krijgen om met rust, voldoende budget en financiële zekerheid zijn belangrijke publieke rol te vervullen”. De woorden van het kabinet in het regeerakkoord en in de visiebrief over de rol en verantwoordelijkheid van de publieke omroep zijn ook duidelijk en eenduidig: “Publieke waarden met een publiek belang, verbindend en onderscheidend, onafhankelijk van politiek en commercie, en vooral bedoeld voor alle Nederlandse burgers.” Maar let op, ik wijs u op enkele enorme tegenstrijdigheden in die visie. Want hoe kun je nu zeggen dat de publieke omroep moet blijven vernieuwen en een kweekvijver moet zijn voor talent en dan voorstellen om NPO 3 te schrappen? Hoe kun je nu zeggen dat reclameluwte in combinatie met elk jaar flink bezuinigen financiële zekerheid oplevert? Hoe kun je nu zeggen dat de publieke omroep een belangrijke publieke rol in de samenleving moet vervullen, maar tegelijk ons niet het vertrouwen geven om die rol met rust, meer budget en financiële zekerheid te vervullen? Over die bezuinigingen, over het budget van de publieke omroep, zijn de misverstanden groot en hardnekkig. 40 miljoen extra? Laat u het zand niet in de ogen strooien. Het is een mooie compensatie, daar zijn wij ook blij mee, maar deze is nodig om een in 2018 doorgevoerde structurele bezuiniging van 60 miljoen te compenseren. En dus niet om een nieuw en gigantisch gat te dichten dat ontstaat als de reclame deels verdwijnt. Dáár komt, zoals het er nu voorstaat, geen compensatie voor. Zoveel meer bezuinigingen, zoveel minder geld; dat kan niet anders dan gevolgen hebben voor onze mooie programmering. Maar dat wil niemand. Het publiek niet. De NPO niet, de omroepen niet. Ook kabinet en Kamer niet. Wat het kabinet wél wil, is méér, of in ieder geval net zoveel, maar dan voor veel minder geld. Dat kan natuurlijk niet. En het gaat in Den Haag ook vaak over het salaris van onze boegbeelden. We weten het allemaal: de publieke omroep is een kweekvijver voor talent. Talent dat daarna weleens overstapt naar een commerciële partij, omdat ze daar bijvoorbeeld veel meer kunnen verdienen. We zouden eigenlijk een heuse transfervergoeding moeten invoeren, die we dan voor 100% in de programmering steken. Dan heeft het publiek ook nog iets aan die hele ‘tv-oorlog’! Dat gezegd hebbende; we moeten nu wél door. De blik vooruit. Samen. Ik vind het belangrijk dat de publieke omroep de komende maanden niet alleen onderwerp van gesprek is, maar zelf het gesprek aangaat. We gaan samen met de omroepen optrekken om de politieke ruimte die minister Slob heeft geboden op onze manier in te vullen. We gaan samen duidelijke plannen ontwikkelen, hapklare plannen waar het kabinet niet omheen zal kunnen. En we zijn ons aan het oriënteren op samenwerking met andere mediapartijen, zowel nationaal als internationaal - ja, ook Netflix - zónder daarbij onze onafhankelijkheid en onze publieke functie uit het oog te verliezen. En we willen uiteraard snel verder praten over reclame bij de publieke omroep. Samen met de omroepen hebben we een alternatief STER-voorstel gemaakt waarmee we minder hard worden getroffen in het budget. Wij zeggen: begin bij het reclamevrij maken van kinder-tv en online-kinderprogrammering. Een ander onderwerp dat nu op tafel ligt is de regionale programmering. De NPO vindt dat ook belangrijk. Daarom besteden we nu al veel aandacht aan programma’s in en over de regio; daar willen we verder in investeren, bijvoorbeeld door samen te werken met de regionale omroepen aan een nieuwsvenster. Maar NPO 3 blijft noodzakelijk voor het bereik van jonge mensen. Daar sta ik voor. Ja, er is werk aan de winkel. In Den Haag, maar zeker ook in Hilversum. Minister Slob heeft ons vele malen verzekerd dat niks vastligt en dat het kind (NPO 3) niet met het badwater mag worden weggegooid. Daar houd ik hem aan. Maar ik ben er niet gerust op. Om het Haagse tij te keren hebben we nog een lange weg te gaan. We gaan dus samen met de omroepen hard aan het werk en blijven in gesprek met Den Haag. Voor onze makers, voor onze kijkers en luisteraars. Wij staan pal voor een sterke en pluriforme publieke omroep, voor heel Nederland. Shula Rijxman, Bestuursvoorzitter Nederlandse Publieke Omroep 26 september 2019
  4. Nu het stof rond de visiebrief van minister Slob is neergedaald, staan we als Nederlandse Publieke Omroep op een kruispunt. Leggen we ons neer bij de plannen van het kabinet en accepteren we de budgetkorting, het verlies van onze jongerenzender en kraamkamer NPO 3 en het versterken van de afhankelijkheid van reclamegelden? Of zeggen we: nee, het Nederlandse publiek verdient beter. Visies op de toekomst van ons mediabestel kenmerken zich door compromissen – dat weten we. Maar dit keer is het anders. Nu ligt er een politiek compromis dat een optelsom is van vele verschillende, maar vooral tegenstrijdige wensen. Als voorzitter van de raad van bestuur van NPO waak ik over onze positie in het Nederlandse medialandschap. In een eerste reactie heb ik vooral gewezen op de financiële gevolgen van de plannen. En daarin trekken we op met de omroepen, die inmiddels ook hun zorgen hebben geuit over het opnieuw te korten budget. Kortingen die onmiskenbaar gevolgen zullen hebben voor onze kijkers en luisteraars: met veel minder geld kun je nu eenmaal veel minder programma’s voor Nederland maken. Hoewel ik begrijp dat niemand blij wordt van geklaag over geld, kunnen we niet anders dan het blijven benoemen. Nederland behoort al tot een van de goedkoopste publieke omroepen van Europa. Eerdere bezuinigingen gingen al ten koste van de kwaliteit van programma’s. We zakken nu door het ijs. Gelukkig weten de kijkers en luisteraars ons heel goed te vinden. We doen er toe, bereiken 96 procent van alle Nederlanders en worden hoog gewaardeerd. Mensen herkennen onze publieke waarde, geven hoge waarderingscijfers voor onze programma’s en komen dankzij een toegankelijke programmering in aanraking met tal van programma’s met een duidelijke maatschappelijke signatuur. Ik twijfel geen moment aan de goede intenties en betrokkenheid van minister Slob. De woorden in het regeerakkoord en in de visiebrief over de publieke omroep spreken voor zich: ‘publieke waarden met een publiek belang, verbindend en onderscheidend, bedoeld voor alle Nederlandse burgers.’ De onafhankelijke evaluatiecommissie, ingesteld door de minister, is heel helder in haar onlangs gepubliceerde rapport: politieke rust, financiële zekerheid en een heldere toekomstvisie zijn noodzakelijk voor het voortbestaan van een brede publieke omroep. Deze visiebrief biedt vrijwel niets van dit alles. Geen rust, geen stabiel budget en een publieke omroep die eerder zwakker dan sterker wordt. We moeten eerlijk zijn over wat de plannen in de praktijk gaan betekenen. Het oorspronkelijke probleem, namelijk de teruglopende inkomsten, wordt juist vergroot door de reclame-inkomsten verder terug te schroeven - zonder deze te compenseren. De bezuinigingen zouden volgens de brief niet ten koste mogen gaan van de programmering. Hier zit een schier onmogelijke opdracht: bezuinigingen van deze aard, bovenop die van de afgelopen jaren, zullen grote consequenties hebben voor de programmering, de kwaliteit van programma’s, voor de medewerkers van de omroepen en de NPO en dus voor alle Nederlanders. Suggereren dat tientallen miljoenen wel even door de publieke omroepen zelf kunnen worden opgehoest, schetst echt een verkeerd beeld. Zijn er ook lichtpuntjes in de brief? Zeker. De NPO is blij met de mogelijkheid om samen met andere mediapartijen het aanbod te versterken, waarbij herkenbaarheid en vindbaarheid van onze publieke kanalen centraal staan. Ook is het mooi voor kijkers en luisteraars dat we de ruimte krijgen om ons online aanbod en NPO Start verder uit te bouwen. Daarnaast werken we al actief mee aan het experiment om regionale televisie een plek te geven bij de landelijke publieke omroep. Het is ook goed dat de minister vasthoudt aan externe pluriformiteit, want dat zorgt voor de veelkleurigheid van ons unieke bestel. Toch is er vooral behoefte aan een samenhangende visie, die de publieke omroep en vooral de kijker verder gaat helpen. De optelsom van de aangekondigde maatregelen brengt ons niet vooruit. In mijn nieuwjaarstoespraak nam ik al een voorschot op enkele te nemen cruciale stappen: de financiële afhankelijkheid van reclame stapsgewijs afbouwen – maar deze wel te compenseren - en vooral inzetten op meer rechtstreekse betrokkenheid van Nederland bij de publieke omroep. We gaan ervoor zorgen dat de publieke omroep van iedereen blijft. Daarvoor willen we intensiever samenwerken met producenten, maatschappelijke organisaties, commerciële partijen en vooral het publiek. De snelle digitalisering vraagt om een slagvaardige aanpak: representatief, vindbaar en herkenbaar. Samen met de omroepen zullen we ons blijven inzetten voor een gevarieerd en veelzijdig programma-aanbod en gaan we met de minister en de politiek in gesprek over de uitwerking van de plannen. Wij hopen vooral in daden te kunnen rekenen op steun uit Den Haag, waarmee we ook in de toekomst onze belangrijke rol voor de samenleving kunnen blijven spelen. Shula Rijxman, voorzitter raad van bestuur NPO Afbeelding: Shula Rijxman (foto Michel Schnater)
  5. Vandaag is er in het Algemeen Dagblad onderstaande publicatie van Shula Rijxman te lezen. “Een sterke publieke omroep is onmisbaar voor een vitale democratie”, stelt het Regeerakkoord. Die plechtige woorden schieten door mijn hoofd, terwijl ik vanaf de Mies Bouwman-boulevard het Mediapark op rijd. Dan belt Marc Adriani om zijn vertrek van BNNVARA naar John de Mols Talpa Radio aan te kondigen. Als een collega onze publieke omroep verlaat, doet dat even pijn. Maar het maakt ook trots: blijkbaar is dit de prijs van succes. Art, Twan, Gerard, nu Marc. Allemaal talent dat bij de publieke omroep kon groeien en bloeien en nu, op hun hoogtepunt, wordt weggekocht. Zo gaat het in het voetbal, zo gaat het bij de omroep. Zie het als een compliment. We willen en kunnen niet concurreren met de bedragen die de commerciëlen betalen. Maar de eredivisie van tv en radio wordt toch écht door de teams van de publieken gedomineerd. De eerste helft van het seizoen 2018 komt in zicht en we hebben een goed half jaar achter de rug, of het nu om de waardering of om de kijkcijfers gaat. Van het ongekende succes van NPO Radio 2 als grootste zender van Nederland tot ons snel groeiende platform NPO Start. Van de Luizenmoeder tot Mindf*ck, van Zondag met Lubach tot Wie is de Mol?, van de scoops van Nieuwsuur tot de prachtige kinderprogramma’s van Zapp en Zappelin. Het gaat, kortom, goed. Maar het is niet vanzelfsprekend dat dat zo blijft. Als het kabinet ons net zo zou behandelen als zo ongeveer alle andere sectoren, had de publieke omroep jaarlijks zo’n 200 miljoen meer kunnen besteden aan nog mooiere, betere, relevantere mediaproducties van en voor ons allemaal. Ironisch genoeg gebeurt het tegenovergestelde. Advertentie-inkomsten dalen hard dalen. In plaats van dat het kabinet z’n mooie woorden in het regeerakoord nakomt, presenteert de minister een extra korting. Heus, ik bewonder John de Mol en zijn droom van een Hollands media-imperium. Hij vecht met ons tegen de oprukkende macht van Facebook en Google, al houdt hij tegelijkertijd de mogelijkheid open om ooit alles weer aan diezelfde Googles of Facebooks te verkopen. De Mol was al eigenaar van de radiostations 538, Sky Radio, Radio 10 en Veronica alsmede de SBS-televisiezenders. Nu lijft hij het ANP in en wordt zo hofleverancier van alle concurrenten, van De Telegraaf tot RTL en de NPO. En weer denk ik aan het Regeerakkoord en het daarin door partijen onderstreepte belang van een onafhankelijke nieuwsbron. De publieke omroep wil er met haar informatieve, culturele en educatieve programma’s voor iedereen zijn en slaagt daar vaker wel dan niet in. En, hoewel sommigen anders doen geloven, we doen dat volgens iedere onafhankelijke meting voor een zeer, nee, té bescheiden budget. “Een sterke publieke omroep is onmisbaar voor een vitale democratie?” Wij hebben geleverd, Haagse politici; waar blijven ùw daden? Shula Rijxman Voorzitter van de Raad van Bestuur van de NPO 13 april 2018
  6. Beste Arie, geachte heer Slob, Van harte gefeliciteerd met uw prachtige nieuwe baan! Laat de minister van het niet horen, maar u heeft natuurlijk op het ministerie van Onderwijs het allermooiste onderwerp in portefeuille . Misschien wel van heel Den Haag. Want laten we wel zijn: de media, daar kan toch geen vast-flex-discussie of Europese top tegenop! Dat weet u natuurlijk, met uw jarenlange achtergrond als mediawoordvoerder in de Tweede Kamer, als geen ander. Het gaat altijd echt ergens over. Over hoe onze samenleving verandert en hoe die verandering soms tot wrijvingen leidt (Zwarte Piet). Over hoe je een betrouwbare en onafhankelijke nieuwsvoorziening onder de aandacht blijft brengen terwijl ons mediagebruik razendsnel verandert (opkomst superplatforms). Over hoe je als door iedereen betaalde organisatie ook echt iedereen iets terug kan geven (sport en ja, ook een vleugje vermaak). Over hoe gaaf het is om een podium te zijn voor en van (!) alle Nederlanders, voor hun taal cultuur en identiteit (en waar je samen juicht en samen rouwt). Over hoe je als klein Gallisch dorpje overeind blijft tegen een Romeinse overmacht (Netflix, HBO, Liberty). Er is elke dag wel wat aan de hand in Hilversum medialand. En het gaat de laatste jaren heel goed hier. Ons bereik is hoog - we zijn marktleider -, onze programma’s worden beter gewaardeerd dan ooit, meer Nederlanders dan in jaren lieten zich bij hun stemkeuze helpen door onze pluriforme en brede programma’s. We hebben onze on demand dienst vernieuwd en leren elke dag beter om een jong publiek aan ons te binden, waar ze ook zijn. Ik ben er trots op dat dit is gelukt. Want de bezuinigingen van Rutte I en II hebben er hard in gehakt. Dus ik zal eerlijk zijn: ik word blij van het Regeerakkoord. Een 'stevige publieke omroep niet vanzelfsprekend […] maar wel nodig vanwege het veranderde medialandschap’? Lijkt me van wel, ja. De koffie staat klaar. Hartelijke groet, Shula
  7. “Dagelijks luisteren miljoenen mensen naar de tv- en radioprogramma’s van de publieke omroep. De publieke omroep heeft nu en in de toekomst de taak en verantwoordelijkheid om de samenleving op een van politiek en commercie onafhankelijke wijze te informeren en te verbinden. Met teruglopende STER-inkomsten en concurrentie van internationale bedrijven zoals Netflix en HBO die de markt wereldwijd domineren wordt het steeds moeilijker om deze taak te vervullen. Het is daarom een goede zaak dat het nieuwe kabinet deze visie in het regeerakkoord deelt en daar aan wil bijdragen in de komende jaren. Het kabinet schrijft dat een 'stevige publieke omroep niet vanzelfsprekend is maar wel nodig vanwege het veranderde medialandschap’. We kijken er dan ook naar uit om met de nieuwe bewindspersoon constructief samen te werken hoe we, in deze tijd van globalisering van het medialandschap, onafhankelijke programma’s van Nederlandse bodem onder de aandacht kunnen blijven brengen van de Nederlandse bevolking.”
  8. Vandaag publiceren wij voor het eerst een verslag over de Maatschappelijke Waarde van de publieke omroep. Die waarde is soms zo vanzelfsprekend, dat we haar niet eens herkennen. Daarom hebben we haar in kaart gebracht. Lees en zie er meer over op www.npomaatschappelijkewaarde.nl. Onze programma’s maken wat los in de samenleving en in de politiek. De onthullingen van onze journalisten en redacteuren vinden hun weg naar Kamervragen en -debatten (414) en publicaties in kranten (1.300+). Soms met grote politieke gevolgen (denk aan de onthullingen van Nieuwsuur (NOS-NTR) over de Teeven-deal, of van EenVandaag (Avrotros) over het gebruik van het giftige PX-10 door Defensie), vaak leidend tot heftig maatschappelijke debat. Nadat Zembla over de gezondheidsrisico’s van rubberen korrels op kunstgrasvelden berichtte, kwam er niet alleen op de voetbalvelden heel veel los. We maken samen met maatschappelijke organisaties, zoals het Rode Kruis en het KWF Kankerbestrijding, miljoenen Nederlanders enthousiast voor goede doelen. We steunen festivals als het IDFA, Pinkpop of North Sea Jazz met beeld, woord en daad. Duizenden scholieren bereiden hun examens voor met behulp van de leerzame content van SchoolTV. Ik vind het niet meer dan logisch dat wij als met publiek geld betaalde organisatie continu verantwoording afleggen over onze bijdrage aan de Nederlandse samenleving. De politiek heeft - terecht, want we zijn een publieke instelling - allerlei regels opgesteld over onze taak en over hoe we die mogen vervullen. We moeten voldoen aan strikte regels rondom sponsoring en reclame, het niet bijdragen aan de winst van commerciële partijen, het exploiteren van rechten, het starten van nieuwe kanalen en het soort programma’s dat we mogen maken. En amusement mag nog slechts in beperkte mate, om moeilijk bereikbare groepen te bedienen of om bijvoorbeeld cultuur of educatie op een wat lichtvoetiger wijze te verpakken. Ieder jaar leggen we onze plannen vast in een Begroting en blikken we hier op terug. Elke vijf jaar maken we uitgebreide en gedetailleerde afspraken met het ministerie van OCW en worden daar ook op afgerekend. Het lukt ons, hoe knellend de regels soms ook zijn, en hoe hard de bezuinigingen van de afgelopen jaren er ook hebben in gehakt, mooie programma’s te maken en veel kijkers te trekken. En juist omdat we zoveel Nederlanders bereiken (wekelijks bijna 90%), precies zoals de wet van ons verlangt, zijn we van waarde voor de samenleving. Door de macht te controleren en Nederlanders te informeren over de wereld om hen heen, en elkaar. En die verbindende rol kun je alleen vervullen met een zo breed mogelijk bereik. Als podium voor het gesprek over Nederland. Onafhankelijk van politieke en commerciële invloeden. Duizenden medewerkers werken zich hier dagelijks het schompes voor. Als je Nederlanders vraagt wat zij het grootste verschil tussen ons en andere aanbieders vinden, dan is het antwoord steevast: de beperkte hoeveelheid reclame. Op korte afstand gevolgd door de kwaliteit van onze programma’s en de goede nieuwsvoorziening. Toch steekt in politiek Den Haag al jaren regelmatig dezelfde discussie de kop op: onderscheidt de publieke omroep zich genoeg van de commerciëlen? De laatste tijd vaak gevolgd door de vraag of de bezuinigingen van de afgelopen jaren niet gecompenseerd kunnen worden door meer inkomsten te halen uit reclame? Hoezo, denk ik dan, we zijn per definitie anders dan de commerciëlen. Niet alleen omdat wij ons niet te schikken hebben naar het aandeelhouders-belang. We zijn ook zeer onderscheidend qua regels waar we aan moeten voldoen, en qua hoe het publiek ons waardeert (zie ook wat Nederlanders van ons vinden in onze terugblik op 2016: http://over.npo.nl/verantwoording). Als je vindt dat de publieke omroep alleen programma’s mag maken die de commerciëlen niet maken, maak je wat er op NPO1, 2 en 3 te zien is afhankelijk van de keuzes die commerciële omroepen maken. Want die redenering (alleen onderscheidend mag) volgend, zeg je eigenlijk: als zij iets maken dat ook maar enigszins op een programma van de publieke omroep lijkt, moet het bij de publieke omroep van de buis. En ik ben dan echt niet bang dat wij zullen moeten stoppen met documentaires als Schuldig, of een programma als Keuringsdienst van Waarde. Nee, de meer populaire krenten uit de pap raken we kwijt en blijven achter met een beperktere programmering die een steeds smaller kijkersdeel weet te boeien. Want het is juist de afwisseling van lichte en zware kost die ook de tv-kijker doet eten. We hebben simpelweg populaire programma’s nodig om het publiek ook voor ons minder populaire aanbod te interesseren. En natuurlijk omdat we wettelijk verplicht zijn iedereen te bedienen. Het afhankelijk maken van het publieke aanbod van de keuzes die commerciele partijen maken, is wat mij betreft een heilloze weg, net als het onzalige idee dat wij onze slinkende inkomsten zouden moeten compenseren met meer reclame. Want volgens mij zit niemand te wachten op die vervelende programmaonderbrekende reclameblokken. Terwijl juist de bescheiden hoeveelheid reclamezendtijd een wezenskenmerk is van de publieke omroep. Don’t go there, zou ik zeggen. Ik maak me dus grote zorgen over deze Haagse geluiden. Tezamen zetten ze ons vermogen om alle Nederlanders zo goed mogelijk te bedienen onder druk. Zonde, als je kijkt naar de waardering die wij van Nederlanders oogsten, zonde ook van onze maatschappelijke waarde. Shula Rijxman, Voorzitter raad van bestuur NPO
  9. Doen wij ons werk goed? Die vraag stellen wij onszelf continu. Zijn onze programma’s onafhankelijk en betrouwbaar? Laten we alle opvattingen in de samenleving zien, komt iedereen aan bod? Leveren we een bijdrage aan de kwaliteit van onze samenleving? We doen dat omdat we het belangrijk vinden wat het publiek van onze programma’s vindt. We kijken verder dan de goede kijkcijfers die onze programma’s oogsten. Want wij zijn van en voor het publiek. Met een brede programmering voor alle Nederlanders. Om zo iedereen in Nederland door middel van een betrouwbare nieuwsvoorziening, dramaseries, scherpe journalistiek, kunst- en cultuurprogrammering en documentaires te informeren over de wereld om hen heen, en over elkaar. Om onafhankelijk van politiek en commercie te berichten over de besluitvorming in onze democratie en de macht te controleren. En dat belang is groter dan ooit – lees het recente rapport van Freedom House maar over hoe vrije media op steeds meer plekken onder druk staan. Wij kunnen wel als slagers ons eigen vlees gaan keuren, maar we hebben duizenden mensen, en een expertpanel, gevraagd wat ze van onze programma’s vinden. Hun eindscore: een 8,2. Ik ben trots op deze waardering. Ook vind ik het goed om te zien dat het verschil met het aanbod van de commerciëlen door verreweg de meeste mensen als groot wordt beoordeeld. Onze programmering is de moeite waard en de mix van lichte en zwaardere programma’s vindt men logisch. Afwisseling van spijs doet immers eten. Het mooiste vind ik dat het vakmanschap van onze programma’s een 8,6 krijgt. Dat compliment kunnen al die programmamakers bij de omroepen en producenten die dagelijks mooie en relevante programma’s voor de publieke omroep maken maar mooi in hun zak steken. Lees hier meer over in onze terugblik op 2016. Ik ben blij dat de meeste Nederlanders ons als goed beoordelen. Want wij zijn er voor hen. In alle onafhankelijkheid van commercie en politiek. Tegelijkertijd zijn de mooie waarderingscijfers geen reden om op onze lauweren te rusten. Want het medialandschap verandert razendsnel. Commerciële mega-media-conglomeraten monopoliseren wereldwijd de productie en distributie van beeld. Bij de NPO is 83% van de producties Nederlandstalig. Omdat wij het belangrijk vinden onze taal, cultuur en identiteit te laten zien. Facebook en Netflix malen daar niet om. Publieke omroepen investeren de helft van hun omzet in lokaal product, terwijl de commerciëlen blijven steken op slechts een derde. Dat scheelt een flinke slok op een borrel. Als publieke omroep in een klein taalgebied kun je in een door Facebooks en YouTubes gedomineerde wereld alleen overeind blijven met zeer goede content. Het kleine Denemarken bewijst dat dat heel goed kan. Daar hebben ze de budgetten heel gericht ingezet op een beperkt aantal dramaproducties van topkwaliteit. Dat lijkt mij de weg die wij ook op moeten. We zullen ook continu moeten blijven vernieuwen. Binnenkort lanceren we bijvoorbeeld ons nieuwe on demand platform. En we gaan het publiek nauwer betrekken bij ons beleid. Dat is nodig om alle 17 miljoen Nederlanders goed te blijven bedienen. Met waardevolle programma’s van eigen bodem, voor Nederlanders door Nederlanders gemaakt. Daar zou wat mij betreft de politieke discussie over moeten gaan. Over hoe je ook in een klein taalgebied onafhankelijke media ondersteunt. Over hoe je Nederlandse makers helpt de verhalen te vertellen die verteld moeten worden. Over hoe een onafhankelijke publieke omroep van waarde kan blijven voor onze samenleving in een snel veranderend medialandschap. Dat lijkt me zinvoller dan Haagse discussies op de vierkante millimeter over een onsje meer of minder amusement, een tikje meer of minder reclame, het aantal lineaire kanalen in een digitale wereld, of haarkloverij over het verschil in programmering tussen ons en de commerciëlen. Kom op, denk ik dan, het is 2017. Gaan we echt deze achterhoedegevechten met elkaar voeren? Dat is zonde van de tijd. En het getuigt van een kruideniersmentaliteit. Want wat er écht op het spel staat, is het overeind blijven van onafhankelijke Nederlandse journalistiek en cultuur in een internationaal slagveld. Ik reken erop dat we hier de ruimte en middelen voor krijgen van de politiek. Zodat we kunnen blijven investeren in mooie programma's, in innovatieve diensten en een breed aanbod voor 17 miljoen Nederlanders. Shula Rijxman Voorzitter raad van bestuur
  10. Over vier weken mogen we een stem uitbrengen bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer. De komende maand zullen politieke partijen ons bestoken met hun plannen, ideeën en visies. Als we de peilingen moeten geloven, wordt het straks ongemeen spannend. De verschillen tussen partijen zijn soms microscopisch klein. Maar de verkiezingen zijn meer dan een spannende wedstrijd. Het gaat inhoudelijk echt ergens om. Van hoe we omgaan met immigratie, via de hoogte van de eigen bijdrage in de zorg tot de bevoegdheden die de veiligheidsdiensten zouden moeten hebben in de strijd tegen terrorisme. De publieke omroep zal er alles aan doen – op tv, radio en online - om Nederlanders te informeren over wat partijen willen met Nederland, over wat de gevolgen van die plannen voor u en mij zijn, en over de context waarin die plannen worden gepresenteerd. Ik vind het belangrijk dat zo veel mogelijk visies een podium krijgen en dat zo veel mogelijk mensen door ons goed worden bediend. Want de publieke omroep is er van en voor iedereen. Het is onze kerntaak om ervoor te zorgen dat wij als burgers van een democratisch land zo goed mogelijk weten wat er speelt, en wat er op het spel staat. Persoonlijk vind ik dat iedereen van zijn recht om te stemmen gebruik zou moeten maken. In werkelijkheid echter blijft ongeveer een kwart van ons thuis. En onder jongeren laat een op de drie het stemlokaal links liggen. Waarom eigenlijk? Deze mooie reportage van Nieuwsuur probeert daar een antwoord op te vinden. Sowieso is Nieuwsuur goed bezig nieuwe vormen te bedenken waarmee ze jongere kiezers en kijkers kunnen bereiken. Kijk bijvoorbeeld hier. NPO3, 3FM en FunX gaan de komende weken nog veel meer doen om jongeren te interesseren voor en te informeren over de stembusstrijd. Op televisie, radio, online en in het land. Vanaf volgende week volgt Myrthe Hilkens in What the Hague?! (NTR, NPO 3) de verschillende campagnes. In de week voor de verkiezingen duiken Rutger Castricum en Maxim Hartman van POWNED in het verkiezingsgeweld. Alle lijsttrekkers worden op 3FM bestookt met vragen van luisteraars. En op 8 maart komt FunX met een jongerendebat in hartje Den Haag. En wat te denken van Tim Hofman die met zijn Stembus door het land trekt om jongeren geïnteresseerd te krijgen in de #polertiek? Ook een fantastisch initiatief en er komen nog veel meer uitzendingen en debatten aan. De hele programmering rondom de verkiezingen is wat mij betreft een prachtig voorbeeld van de waarde van de publieke omroep voor onze samenleving. Wij zijn er om alle geluiden te laten horen en iedereen in staat te stellen zijn of haar mening te vormen. Om Nederlanders zo goed mogelijk te informeren over de wereld om hen heen. Om feiten van context te voorzien. Om de macht altijd kritisch te bevragen. Zodat je zo goed mogelijk geïnformeerd bent. Waar het mij om gaat, is dat je bij de publieke omroep terecht moet kunnen voor onafhankelijke en betrouwbare informatie. Dat je een baken hebt waarop je kunt varen. Dat je weet dat wat je bij ons ziet, leest en hoort, ook klopt. En niet door politieke of commerciële belangen wordt bepaald. Daar kun je van op aan. Dus het maakt mij echt niet uit op wie je stemt, als je maar goed beslagen ten ijs het stemhokje in gaat! Shula Rijxman, voorzitter van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep
  11. de redactie

    Shula Rijxman: Normaal doen

    De VVD is voor een kleine publieke omroep waarbij de slager, de verpleger en de bakker betalen voor de arts, de consultant en de advocaat. Althans, als we de berichtgeving in de Telegraaf moeten geloven. Want volgens de krant van wakker Nederland willen de liberalen in hun verkiezingsprogramma maar liefst 300 miljoen euro bezuinigen op de publieke omroep. Dat is bijna de helft van het budget. Maar in feite is het veel meer. Want minder geld betekent minder middelen voor mooie programma’s. En minder mooie programma’s betekent minder kijkers en dus minder inkomsten uit reclame. Simpel gezegd: wie er zo met de botte bijl inhakt, breekt in feite de publieke omroep af. Doe normaal, dacht ik vanochtend toen ik de krant las. Zelfs als die negatieve spiraal - van minder budget, minder programma’s en dus minder STER-inkomsten en daardoor nog minder programma’s etcetera - mee zou vallen, blijf je over met een publieke omroep als speeltje van steeds minder Nederlanders. In feite kun je dan nog aan nieuws doen, een beetje educatie en een snufje cultuur. Maar waardevolle genres als drama, documentaire en vermaak waar je iets van leert – het kan allemaal linea recta overboord. Net als door miljoenen kijkers geliefde en gewaardeerde programma’s als Wie is de Mol?, KLEM of Radar. Wat houd je dan over? Precies, een met belastinggeld van iedereen gefinancierde publieke omroep die alleen interessant is voor een beperkte groep mensen. Ik vind dat echt onbegrijpelijk in een tijd dat het hele medialandschap – van productie, via aggregatie tot aan distributie - steeds meer in de greep komt van door niemand gehinderde internationale concerns. Steeds meer Nederlandse mediabedrijven komen in steeds minder buitenlandse handen. Zij richten zich op winst en waarde voor hun aandeelhouders, en niet op het algemeen belang. Maar ik moet het ze nageven, ze zijn wel consistent bij de VVD. Eerder pleitte staatssecretaris Dekker ervoor om de doorgifteverplichting van kabelaars (ze zijn verplicht de NPO-zenders in hun pakketten op te nemen) af te schaffen, net als de standaardpakketten op de kabel. In plaats van op te komen voor de Nederlandse creatieve industrie en media gaat juist de rode loper uit voor buitenlandse conglomeraten. En hoewel een ruime meerderheid van de Kamer vindt dat amusement met een functie moet kunnen, wil Dekker er van af. Ik ben het met de VVD op een punt eens: er moet inderdaad iets gebeuren met de begroting van de publieke omroep. Die moet namelijk omhoog. Juist nu heeft Nederland meer dan ooit een sterke publieke omroep nodig. Juist in deze soms verwarrende tijden is er een noodzaak voor een politiek en commercieel onafhankelijk, betrouwbaar en betrokken baken voor Nederlanders. Er is maar een onafhankelijk instituut dat in Nederland kan fungeren als waakhond van de macht. Dat via nieuws, documentaire, drama en cultuur een baken kan zijn dat Nederlanders helpt de steeds ingewikkelder wereld om hen heen te leren begrijpen. Dat het hele verhaal van Nederland van alle kanten belicht. En dat is de tegenmacht die altijd aan de kant van de burger tegenover de macht staat: dat is de Nederlandse publieke omroep. En die is er niet alleen voor een beperkte groep mensen, die is er voor ons allemaal. Shula Rijxman is voorzitter van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep
  12. Hoe blijven we als Publieke Omroep álle groepen in Nederland bereiken? Juist in deze polariserende tijd, is dit een vraag die voor de NPO en alle omroepen daarbinnen actueler is dan ooit tevoren. Juist nu moet de publieke omroep een herkenbaar podium zijn voor alle verschillende groepen Nederlanders. Juist nu moet iedereen zich door ons aangesproken kunnen voelen. Dat is, in alle eerlijkheid, best lastig. En of we daar voldoende in slagen, is een vraag die we onszelf en ons publiek dagelijks moeten stellen. Het debat en de dialoog die daarmee ontstaan, stellen ons in staat die onafhankelijke en brede publieke omroep te zijn. De omroepen voelen de verantwoordelijkheid dat alle geluiden gehoord worden, de voors en tegens. Verbindingen met kijkers, luisteraars en online publiek worden steeds beter gelegd. Denk bijvoorbeeld aan het eenvandaag opiniepanel, waarin iedere week 50.000 mensen meedoen met onderzoeken over het nieuws en vervolgens hun mening terugzien in de uitzendingen. Daarnaast zijn programmamakers en omroepen volop bezig met het ontwikkelen van nieuwe programma’s en formats, meebewegend op de verhardende actualiteit en met open oog en oor voor wat er nu speelt in onze samenleving. Binnenkort start bijvoorbeeld het programma De Monitor, waarin burgers in live debatten in gesprek gaan met plaatselijk bestuur en instanties over zaken als gezondheid, veiligheid, werkgelegenheid. Daarnaast start het programma ‘Uit Europa’, waarin we buiten Nederland op zoek gaan naar ‘de ontevreden burger’. Pauw & Jinek maken vooruitlopend op de verkiezingen elke avond als duo een actualiteitenprogramma. In ‘Bidden voor Den Haag’ worden tegenstellingen tussen Nederlanders met een christelijke achtergrond onderzocht. Hoe kijken zij aan tegen bijvoorbeeld het vluchtelingendebat. En in nog een nieuw programma gaat Danny Ghosen binnenkort op zoek naar de niet-stemmer… En kleine en mooie selectie, maar we willen meer. Meer weten, meer dialoog, meer contact, meer pluriformiteit. Dus gaan we de komende tijd nog een aantal stappen zetten. Kwalitatief onderzoek We verbreden ons kwalitatief onderzoek, om zo een completer beeld te krijgen van onze moeilijk te bereiken groepen en de minder conventionele geluiden uit onze samenleving. Deze brengen we in kaart en we nodigen mensen uit die doelgroepen uit om in gesprek te komen over onder meer kijkvoorkeuren en –motieven. Publiekspanels NPO gaat structureel werken met publiekspanels. Dit gaat ons, samen met het hierboven genoemde kwalitatief onderzoek een schat aan informatie opleveren die we kunnen inzetten bij de ontwikkeling van nieuwe formats en programma’s; Analyse informatieaanbod We gaan analyseren of en hoe we de programmering van ons informatieaanbod kunnen verbeteren, zodat we aan blijven sluiten bij het snel veranderende mediagebruik van een breed publiek (rapport verwacht in mei 2017); Overleg Actualiteit We zijn samen met de omroepen de Werkgroep Actualiteit gestart. Een voor nieuws, actualiteiten en onderzoeksredacties spannend, maar belangrijk initiatief om de invulling van hun programma’s met elkaar af te stemmen. Nu, in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen, is het bijvoorbeeld van groot belang om alert te blijven op een pluriforme en onafhankelijke berichtgeving bij de publieke omroep; Plek voor gesprek We voeren op sociale media al regelmatig gesprekken met kijkers en luisteraars, maar daarnaast kunnen kijkers en luisteraars binnenkort direct hun reacties en suggesties geven op NPO.nl; Townhallmeetings We hadden het al op de agenda staan: ‘Townhallmeeting’. Een TV-programma dat het land intrekt, waarin het echte gesprek met het publiek en de actualiteit een rol speelt. Met omroepen en producenten zijn en blijven we in gesprek over actuele thema’s als cultuur, diversiteit, pluriformiteit en het bereiken van diverse groepen. Het zijn allemaal stappen in een continu proces waarin we ons meer moeten inzetten om als publieke omroep alle groepen in Nederland te blijven bereiken. Dat is niet altijd makkelijk, maar wel heel erg nodig. Respect voor elkaars standpunt is een belangrijke en onmisbare waarde in onze samenleving; goed blijven luisteren naar elkaar is cruciaal. Daarom, we kunnen het niet vaak genoeg herhalen, zijn reacties van producenten, politiek en publiek altijd welkom. Heb je ideeën of suggesties? Neem dan vooral contact met ons op via Twitter: @NPO_Actueel of @PubliekeOmroep, of via www.npo.nl. We kijken uit naar de dialoog! Shula Rijxman, voorzitter Raad van Bestuur NPO.
  13. "Publieke omroep gaat leren van Trump" http://www.volkskrant.nl/opinie/publieke-omroep-gaat-leren-van-trump~a4414456/ "Baas van de NPO doet huiliehuilie in Volkskrant middels een opiniestukje" http://media.tpo.nl/2016/11/14/closeread-baas-van-de-npo-doet-huiliehuilie-in-volkskrant-middels-een-opiniestukje/ Leeswaarschuwing closeread op TPO: is niet echt geschikt voor hardcore linksmensen. ;-) Robin
  14. Het was ongelooflijk spannend. Niet Hillary Clinton wordt de nieuwe president van de Verenigde Staten, maar Donald Trump. En dat na een campagne die zowel de peilers als de media in verwarring achterlaat. Hoe konden opiniepeilers er zo naast zitten? Waren ze wel duidelijk genoeg over de onzekerheidsmarge die met peilingen gepaard gaat? Waren hun steekproeven representatief? Allemaal boeiende vragen, maar persoonlijk vind ik de discussie over de media het interessantst. In de VS klinkt de kritiek op de ‘reguliere’ media nu luid. Namen ze de aanhang van Trump wel serieus? Sloten ze zijn geluid niet te veel uit? Werden de Trumpisten wel voldoende gezien en gehoord? Wisten journalisten wel hoe de samenleving in elkaar zit? Het zijn herkenbare vragen. Ook in Nederland woedt dit debat en na de verkiezing van Trump waarschijnlijk nog luider. Ook hier stellen velen de vraag of de stem van alle groepen voldoende wordt gezien en gehoord. Ook in Nederland speelt de vraag of de zogenaamde mainstream media wel weten wat er speelt op straat. Of ze het geluid van alle Nederlanders voldoende laten horen, of alleen dat van de hoogopgeleide kosmopolitische Nederlander. Wij in Hilversum trekken ons die discussie aan. Want de publieke omroep is er voor iedereen. In alle onafhankelijkheid – van commercie en politiek – bedrijven wij onafhankelijke journalistiek. Het is onze taak om alle geluiden en visies in de samenleving serieus te nemen en te laten zien en horen. Dag in dag uit doen honderden medewerkers van omroepen daar hun best voor. Over onze pretentie om alle groepen in de samenleving te bereiken en te verbinden, wordt soms lacherig gedaan. Ik zal de eerste zijn om te erkennen dat die opdracht om er voor iedereen te zijn soms moeilijk is. En dat het altijd beter kan. Want ook ik stel mezelf de vraag of we alle geluiden serieus nemen en laten zien en horen. Of we wel de juiste onderwerpen agenderen in onze programma’s. Die vragen zijn zo belangrijk omdat pluriforme media, en zeker een brede en pluriforme publieke omroep, harder nodig zijn dan ooit. Om het hele verhaal te vertellen, groepen met elkaars opvattingen te confronteren, en om de andere kant van het gelijk te laten zien. Zeker in een tijd dat groepen Nederlanders tegenover elkaar lijken te staan, moet er een podium zijn waar ze zich tenminste met elkaar kunnen verstaan. Daarom gaan we het gesprek hierover aan met de omroepen. Want ook zij, die de programma’s maken, worstelen met de vraag of wij er voldoende in slagen de gevoelens in onze samenleving een plek te geven in onze programma’s. Maar dat kan niet zonder uw inbreng, het kan niet zonder het publiek. Wij gaan u daarom veel nauwer betrekken bij de keuzes die wij maken. Want de publieke omroep is niet van ons, die is van u. Shula Rijxman is voorzitter van de Raad van Bestuur van de Publieke Omroep
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

Door gebruik te maken van deze website ga je akkoord met Gebruiksvoorwaarden, Privacybeleid en Richtlijnen.