Spring naar bijdragen

Doorzoek de gemeenschap

Toont resultaten voor tags 'skip voogd'.

  • Zoeken op tags

    Voer tags gescheiden door een komma in.
  • Zoek op auteur

Soort bijdrage


Forums

  • Radio
    • Nederland
    • België
    • Verenigd Koninkrijk
    • Overige landen
    • LPAM (kleinvermogen AM)
    • Zeezenders
    • Radio Veronica
    • Radiovormgeving
    • Radiotechniek
  • Overig
    • MediaPages
    • Stamtafel
    • Help
    • Mededeling
    • Niet geregistreerde gebruikers

Blogs

  • Column
  • Nederland
  • Dossier
  • Recensie
  • België
  • Hitnoteringen
  • Testblog
  • Radio Erfgoed
  • Afspraken van Beheerders
  • Afspraken van Hitnoteringen
  • Blog van Radiotunes

Vind resultaten in...

Vind resultaten die bevatten...


Datum aangemaakt

  • Start

    Einde


Laatst bijgewerkt

  • Start

    Einde


Filter op aantal...

Geregistreerd

  • Start

    Einde


Groep


Website


Facebook


Twitter


Skype


Woonplaats


Interesses

1 resultaat gevonden

  1. Terug gaan naar 1967 betekent voor de liefhebbers van de radio vanaf internationale wateren, of wel de zeezenders, het ophalen van vaak de trieste momenten van de maand augustus van dat jaar. De Britse regering maakte een wet, The Marine Broadcasting Offences Act, van kracht waardoor het officieel verboden werd betrokken te zijn bij het runnen (in de breedste zin van het woord) bij een zeezender opererend in internationale wateren voor de Britse kusten. Bij deze zinnen wil ik het, wat de Britse wetgeving en het jaar 1967 betreft, laten. Er gebeurde namelijk veel meer en zelfs op de Nederlandse publieke radio werd meer en meer aandacht besteed aan groepen die via de zeezenders al veelvuldig waren geplugd. Een voorbeeld daarvan is de formatie ‘Herb Alpert and his Tijuana Brass’. Op de maandagochtend was in 1967 via Hilversum 3 het programma ‘Pop Station’ tussen 10 en 12 uur te beluisteren. Een NCRV programma in de productie van Skip Voogd. Skip, die ook een bekend tekstschrijver van onder meer LP hoezen was en in muziektijdschriften publiceerde, bereidde de luisteraars in de gids voor de laatste week van oktober 1967 voor op een special van voornoemde formatie. ‘We gaan het in het programma hebben over een sound, die tot stand komt door een nauwe samenwerking tussen artiest, platenproducer en technicus. Want dat de meeste geluiden die de lichte muziek anno 1967 beheersen, een product zijn die zonder de moderne geluidstechniek onmogelijk waren, daarover is iedereen het wel eens.’ Skip Voogd was het ook duidelijk geworden dat het recht toe recht aan opnemen van een nummer, vaak in 1 take, tot het verleden was gekomen en dat de nieuwe pophelden vaak maanden doorbrachten in de opnamestudio’s om de diverse tracks, voor de uit te brengen LP, stukje bij stukje op te nemen. Wel gaf hij aan dat men zich niet te vast moest prikken op de gebrachte sound want dat kon wel eens een foute route zijn: ‘Deze tijd vraagt om specifieke geluiden. Aan de artiest de moeilijke opgave nauwkeurig bij te houden of het publiek op een gegeven moment niet uitgeluisterd is op ‘zijn’ sound’. In het programma ‘Pop Station’ van 30 oktober 1967 dus aandacht aan onder meer de Sound van Herb Alpert. Voogd andermaal: ‘Bij een nauwkeurig onderhouden van de Herb Alpert Sound komen we tot de conclusie dat Herb handig gebruik heeft gemaakt van beat, dixieland en Mexicaanse muziek. Vooral de Amerikaanse trompetten, waarmee Alpert werkt, op een vinnig swingend ritme, hebben iets pakkends. Het is iets ongewoon meeslepend. Deze ‘mariachi’ sound gebruikt Alpert niet alleen voor eigen repertoire maar ook bij bewerkingen van evergreens.’ Het was trouwens niet de enige sound die in de betreffende aflevering van ’Pop Station’ werd behandeld, want ook die van Sergio Mendes and Brasil 66, de Baja Marinda Band, en de Duitse ‘in’ Sounds van James Last en Paul Nero werden door Skip Voogd belicht. Presentatie destijds was in handen van Gert, Antoinette van Brink en Peter Blom. Afbeelding: Sietse Koopmans dirigeert (foto collectie familie Knot) Zoals U wel vaker gewend bent van me, stap ik in deze column ‘van de hak op de tak’. En daar zit een reden achter. Immers de ene lezer vindt muziek mooi, de andere heeft een andere topic, die interessanter is. Dat is anno 2020 zo, maar was ook 53 jaar geleden het geval. Ikzelf, katholiek opgevoed, zag de kerk vaak van binnen. Ik durf zelfs achteraf te stellen dat ik véél te vaak de kerk van binnen zag, waardoor de overvloed uiteindelijk een einde maakte aan de bezoeken en het geloof. Ik herinner me nog echt goed dat rond die tijd steeds minder de Heilige Missen op de vertrouwde Latijnse manier werden voorgedragen en dat er binnen de kerkgemeente van de Sint Franciscus kerk te Groningen er zowel voor – als tegenstanders waren van de invoering van de Nederlandstalige liturgie. Koorleider en organist Sietse Koopmans, afkomstig uit het gehucht Weitgaard, achter Leeuwarden, gebruikte zijn kennis en vertaalde vanuit het Latijn een complete liturgie naar het Nederlands, een product dat later – toen hij het San Salvator koor in de Wijert (Groningen) onder zijn leiding had, nog eens aan het vinyl liet toevertrouwen. Sietse Koopmans, helaas jaren geleden veel te vroeg overleden, was een ultieme levensgenieter die het serieuze van een koorleider en muziekdocent met het minder serieuze kon delen. Zo leende hij, in stilte, een complete kapelaan uitrusting uit de pastorie en toog ermee naar de Korreweg alwaar hij bij de familie Knot inwoonde en er een nieuw straatje, achter het huis, door de tweeling Knot was geplaveid, in te wijden. Mijn broer Egbert en ik noemden het speels de Sietse Koopmans Weg en - met wijwater en al - werd het pakweg acht meter lange straatje ingewijd. Maar even terug naar de voor en tegenstanders van de veranderingen in de liturgie en het introduceren van jeugdkoren, die begeleid werden middels popmuziek in de Katholieke Kerk. In een knipsel uit mijn archief het volgende: ‘Als ik naar de bioscoop ga verwacht ik geen mis of dienst op het doek en ook niet als ik ga dansen. Dus als ik na de kerk ga, ook geen halve show met dansen enzovoort. Ik ben zestien jaar en dus nog jong genoeg om het mooi te vinden. Of ben ik misschien té jong.’ Was getekend door ene R. Noordermeer uit Sassenheim. Het stond trouwens opgetekend in de Katholieke Illustratie, een weekblad waarvan de redactie in die periode ook de meer vrijere vorm van journalistiek was gaan plegen. Hetgeen een lezer opriep de naam ook maar te verkorten gelijk aan de Revue, die tijdelijk de naam in Revu veranderde: ‘Ook de Katholieke Illustratie, die blijk geeft van een steeds moderner inzicht, kán en mág op dit gebied niet achterblijven. Deze naamsverandering zal uiteraard gepaard gaan met het verlies van meer dan één letter, maar het resultaat is de moeite ten volle waard. Wat denkt U van Katholieke Lust?. En de ingezonden brief was verstuurd vanuit het zeer Katholieke Volendam. Een dorp waar men later dikwijls zou bewijzen wat ‘lusten’ letterlijk en figuurlijk betekent. Hans Knot, 14 november 2020
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

Door gebruik te maken van deze website ga je akkoord met Gebruiksvoorwaarden, Privacybeleid en Richtlijnen.