De EO, de Joodse Omroep en de Joodse geloofsgemeenschap in Nederland hebben afspraken gemaakt over de periode na 2015, wanneer de Joodse Omroep geen deel meer uitmaakt van het publieke bestel. Besloten is om het geluid en de identiteit van de Joodse Omroep een plek te geven binnen de EO. Zowel de EO als de Joodse Omroep zijn verheugd over deze uitkomst en weten zich gesteund door de Joodse kerkgenootschappen in Nederland.

Arjan Lock, voorzitter Raad van Bestuur van de EO: “Per 2016 verdwijnen de 2.42-omroepen. Als EO hechten we veel waarde aan het levensbeschouwelijke geluid dat deze omroepen vertegenwoordigen. We vinden het passen bij de pluriformiteit van ons publieke bestel. Als christenen voelen we ons in het bijzonder verwant met het geluid van de Joodse Omroep. We willen ons er dan ook voor inzetten om dat geluid wanneer mogelijk blijvend te laten horen en zijn dankbaar voor het vertrouwen dat de Joodse geloofsgemeenschap ons geeft.”

Het bestuur van de Joodse Omroep, alsmede de licentiehouders namens de drie grote Joodse kerkgenootschappen zijn enthousiast over de plannen. Directeur Alfred Edelstein: “Het schrappen van de uitzendlicentie van de Joodse Omroep is natuurlijk een trieste zaak, maar na een aantal goede gesprekken hebben wij de overtuiging dat de EO de allerbeste uitgangspositie biedt om de Joodse identiteit binnen de publieke omroep te laten voortbestaan.”

Dat de missie van de EO en de Joodse Omroep niet hetzelfde zijn, is volgens Lock en Edelstein nooit een lastig thema geweest tijdens de gesprekken. “We erkennen de verschillen en geloven dat wij vanuit onze betrokkenheid en wederzijdse relaties op een goede manier garant kunnen staan voor het in alle vrijheid laten horen van het geluid van de diverse Joodse geloofsgemeenschappen.”